Whose side are you on?

Column Radek Vana

Ik vraag me af wat zich in het hoofd van Halbe Zijlstra afspeelde toen hij de royale kunstprijs van tienduizenden euro´s overheidsgeld aan de Finse Pilvi Takala moest uitreiken. En dat aan de vooravond van de publicatie van zijn lang verwachte en gevreesde laatste woord over de bezuinigingen op kunst. Hij, die als  'minister' van cultuur geen liefhebber van beeldende kunst is, die elke poging tot dialoog over de situatie afwijst met een kille blik die aan die van Reinhard Heydrich doet denken.* Vond hij het werk van Pilvi geëngageerd, boeiend, goed, of minstens leuk of aardig? Of dacht hij alleen 'wat een verspilling van belastinggeld'?
Het zijn inderdaad rare tijden als een man over kunst en cultuur beslist die eerder als slager of benenhakker omschreven kan worden. Ongetwijfeld gaat het om de grootste uitdaging voor de kunstsector in jaren. Opeens krijgt alles wat zich in kunst afspeelt, naast de kunstwaarde ook een behoorlijke politieke lading. Een nutteloos landschapsschilderij maken is ongevraagd net zo´n statement geworden als een radicale kunstactie voor de poort van het Binnenhof.
 
Er hangen nu twee cruciale vragen boven het hoofd van kunstenaars en kunstinstellingen.
  • Hoe kunnen we ons verzetten tegen het huidige bewind van het kabinet?
  • Hoe kunnen wij voldoende financiering voor onze artistieke praktijk vinden om gewoon door te kunnen werken?
 
Bij de presentatie van het boek van Jeroen Boomgaard** riep de aftredende directeur van het Fonds BKVB, Lex ter Braak, mensen in de zaal op om actie te voeren via Twitter en Facebook, dankzij de Arabische lente hét communicatiemiddel van het verzet. Maar wat moet er eigenlijk gecommuniceerd worden? Alweer een petitie doorsturen in de hoop dat jouw handtekening, die geen leven of baan kost maar een paar kliks, deze keer de wereld toch gaat veranderen?
 
De staking in het openbaar vervoer in de grote steden heeft vorige week de toon gezet. Maar eerlijk gezegd, hoeveel mensen zullen last hebben van de gesloten deuren van bijvoorbeeld Pakt, W139 of BAK? Staking moet een publiek karakter hebben. Publiek is de openbare ruimte en de kunst daarin. Op de bovengenoemde presentatie werd niet verrassend geconcludeerd dat opdrachten voor kunst in de openbare ruimte de individuele subsidies voor kunstenaars zeker zullen overleven. Kunst in de openbare ruimte vertegenwoordigt namelijk het systeem dat democratie heet. In Nederland is kunst in de openbare ruimte een integraal onderdeel geworden van de samenleving. Allerlei partijen vragen er om (om hun deel van het publieke domein te veroveren en betekenis te geven), van overheid tot corporaties, van sportverenigingen tot burgers. Het ligt voor de hand dat dit een slagveld van kunstbelangen moet worden. Als er 1 of 2 jaar geen enkele kunstenaar aan de opdrachten in de openbare ruimte zal meedoen dan zullen de lokale overheden en kapitaalkrachtige opdrachtgevers zich misschien ook tegen de huidige koers van het kabinet keren en de kant van kunst(enaars) kiezen.
 
De nieuwe situatie vraagt ook om een nieuwe aanpak van de kunstenaarspraktijk. De Rotterdamse kunstenaar Kamiel Verschuren pleit er al enkele jaren voor om de alternatieve zakken geld bij de gemeentes (dus niet die van de cultuurwethouder) voor financiering te gebruiken. Hij heeft zelf met slimme projecten in de openbare ruimte deze bronnen met succes aangeboord. Een ander inspirerend voorbeeld vinden we in Heerhugowaard,waar een lange monotone weg, de Oosttangent in stukken is gedeeld door 6(!) rotondes. Lokale bewoners waren het waarschijnlijk zat om uit te leggen bij welke rotonde hun bezoek links, rechts of rechtdoor moest rijden, waarop zij de gemeente vroegen om kunstwerken op de rotondes te plaatsen. Daar hebben de machthebbers goed naar geluisterd en iedere rotonde werd bekroond met (als kunst nietszeggende) symbolen van zon, water of bloem, gemaakt van felgekleurde metalen buizen. Werken die uit de koker kwamen van de lokale vereniging van amateurkunstenaars.
 
Dat lijkt me een prachtige strategie – professionele kunstenaars die in de illegaliteit verdwijnen om als burgers kunst op te eisen, om dit vervolgens als amateurkunstenaars zelf uit te voeren. Alles natuurlijk onder het mom van sociale cohesie of identiteit. Het zou nog verder kunnen gaan. Wethouders (die inmiddels ook over kleinere budgetten beschikken) zouden, geïnspireerd door de Time Bank,  in ruil voor een kunstwerk op een rotonde of in een prachtwijk deze 'amateurkunstenaars' van één jaar huur kunnen verlossen. Dan zou het met de bezuinigingen helemaal meevallen omdat er zelfs op overheidsgebied een alternatieve economie ontstaat.
 
Het enige probleem is dat deze strategie als sabotage kan worden gezien van de eerder genoemde gezamenlijke actie, de staking. Zoals altijd heeft het dubbeltje twee kanten. Zou de Raad van Cultuur ons advies kunnen geven welke van de twee te kiezen? Tot die tijd moet ik tevreden zijn met mijn digitale krabbeltje dat ik inmiddels onder een van de petities heb gezet.
 
* Reinhard Heydrich  was een beruchte  Reichsprotektor van Bohemen en Moravië, die ook bekend was onder zijn bijnamen De slager van Praag en De beul van Praag
** Jeroen Boomgaard – Wild Park. Het onverwachte als opdracht, Fonds BKVB 2011


(c) Lucy, 14-6-2011
Radek Vana is freelance curator en comissielid Fonds BKVB.
Hij is 5 jaar artistiek leider van De Veemvloer geweest.