Kunst zonder grenzen
Dat is een mooie illustratie van het uitgangspunt van de tentoonstelling Soms ontsnapt er kunst, tot 21 augustus in het Centraal Museum Utrecht. De tentoonstelling gaat over kunst die zich niet in een hokje laat duwen. Het museum geeft al langer het voorbeeld van dat soort kunst: wie er naar de wc gaat, zit op een werk van kunstenaar-ontwerper Joep van Lieshout. Deze tentoonstelling toont meer 20e-eeuwse werken uit de collectie van het museum die zich op de grens tussen autonome en toegepaste kunst bevinden.
Het opzoeken van grenzen is erg modieus in de kunst en is daarmee eigenlijk de nieuwe regel geworden. Dat blijkt bijvoorbeeld uit de tekeningen van Marc Nagtzaam. Het zijn strakke tekeningen, maar hij gaat expres over de randjes, gomt zijn vingervegen niet weg, schrijft verschillende titels in de marge maar noemt zijn werk vervolgens N.T., no title. Het is een knipoog naar de toeschouwer: kijk eens hoe ik speel met jouw verwachtingen van wat kunst moet zijn. Maar zonder publiek werkt het niet, dus het spel moet ook niet te brutaal zijn. De grens wordt niet echt overschreden. Naast Nagtzaam hangen de eveneens zeer strakke tekeningen van Jan Schoonhoven. Schoonhoven was niet afhankelijk van het publiek, hij werkte zijn levenlang bij de PTT. Hij hoefde dan ook geen modieuze spelletjes met het publiek te spelen maar kon zich bijna obsessief op zijn abstracte, onpersoonlijke kunst richten. Hij was vrij en daarom werkelijk grenzeloos.
Het opzoeken van grenzen is erg modieus in de kunst en is daarmee eigenlijk de nieuwe regel geworden. Dat blijkt bijvoorbeeld uit de tekeningen van Marc Nagtzaam. Het zijn strakke tekeningen, maar hij gaat expres over de randjes, gomt zijn vingervegen niet weg, schrijft verschillende titels in de marge maar noemt zijn werk vervolgens N.T., no title. Het is een knipoog naar de toeschouwer: kijk eens hoe ik speel met jouw verwachtingen van wat kunst moet zijn. Maar zonder publiek werkt het niet, dus het spel moet ook niet te brutaal zijn. De grens wordt niet echt overschreden. Naast Nagtzaam hangen de eveneens zeer strakke tekeningen van Jan Schoonhoven. Schoonhoven was niet afhankelijk van het publiek, hij werkte zijn levenlang bij de PTT. Hij hoefde dan ook geen modieuze spelletjes met het publiek te spelen maar kon zich bijna obsessief op zijn abstracte, onpersoonlijke kunst richten. Hij was vrij en daarom werkelijk grenzeloos.
Toekomstoptimisme
Het onderscheid tussen ‘echte kunst’ en ‘gebruiksvoorwerp’ lijkt onzinnig als beide uit dezelfde inspiratiebron putten. Bijvoorbeeld: zeven mannequins met wit-grijze jurken aan (Alexander van Slobbe). Een wit schilderij met bewegende zwarte latten op het doek (Gerhard von Greavenitz). Sieraden die uit het bezit van Barbarella afkomstig lijken (Emmy van Leersum). Een sculptuur dat een gevoel van oneindigheid opwekt (Ad Dekkers). Het zijn vier manieren van werken die weinig met elkaar te maken hebben. Toch is het volkomen logisch dat ze samen in een ruimte worden getoond: ze ademen dezelfde sfeer uit, die van de jaren zestig, van het toekomstoptimisme, van de verovering van het heelal. Elk van deze media vat die tijdgeest en weet die veertig jaar later nog altijd uit te dragen. Waarom zou je dan het ene kunst noemen en het andere niet?
Het Centraal Museum heeft met de inrichting van de ruimtes mooie verbanden gelegd. Kaftontwerpen van Dick Bruna slaan een brug van Henri Matisse naar Karel Appel. Jurken van Viktor en Rolf lijken opeens uit de surrealistische schilderijen van Joop Moesman te zijn weggelopen. Met zulke combinaties van werken wordt in het soms wat claustrofobische museum de hokjesgeest doeltreffend op de korrel genomen.
(c) Lucy, 13-4-2011. Tekst: Erik Wallert. Foto's: Dea Rijper
Het Centraal Museum heeft met de inrichting van de ruimtes mooie verbanden gelegd. Kaftontwerpen van Dick Bruna slaan een brug van Henri Matisse naar Karel Appel. Jurken van Viktor en Rolf lijken opeens uit de surrealistische schilderijen van Joop Moesman te zijn weggelopen. Met zulke combinaties van werken wordt in het soms wat claustrofobische museum de hokjesgeest doeltreffend op de korrel genomen.
(c) Lucy, 13-4-2011. Tekst: Erik Wallert. Foto's: Dea Rijper