Versleten geweten

Column Richtje Reinsma

Ik verzamel gedenkwaardige uitspraken. Ik ben me er het moment dat ik zo’n uitspraak hoor vaak niet bewust van dat ik er weer een beet heb; het sparen gaat volautomatisch. Eenmaal binnengehaald komen ze vroeger of later vanzelf bovendrijven in het gemummel van mijn gedachten, als een soort nieuwe jingles van een innerlijk radiostation.
1104 Richtje waterflesje
Momenteel is een van de uitspraken die regelmatig langskomt een uitlating van een vermoedelijk elfjarig jongetje, afgelopen zomer gehoord in de buurt van Staphorst. Het gebeurde tijdens een vakantiekamp waar ik in de leiding zat, een kamp waar randstadkinderen van welvarende ouders een week kunnen verwilderen in de frisse lucht. Speciaal kenmerk van het kamp is dat er ’s avonds wordt gespookt in het bos. Elk kamp ontspint zich een nachtelijk drama vol feeën, trollen en heksen. De eerste dag ontmoeten de kinderen gewoonlijk een vreemde figuur die vertelt over dreigende rampspoed. Elk jaar kent zijn eigen crisis van magische en morele aard, die alleen door het ingrijpen van de kinderen op het nippertje bezworen kan worden. Meestal krijgen de kinderen daartoe betoverde instrumenten van geallieerde spoken.
 
De slechterik van het seizoen ten tijde van het betreffende kamp heette Charlsatan. Om zijn huiveringwekkende plannen te dwarsbomen kregen de kinderen flesjes zuiver-geweten-water van de bevriende Witte Fladderende Geest. Ze moesten die flesjes opladen met hun zuivere geweten door ze onder hun hoofdkussen te leggen en er een nacht op te slapen.
De opdracht gaf veel onrust. Er was een klein meisje van een jaar of acht dat bang was dat het flesje haar van haar onschuld zou beroven. Andere kinderen hadden een lek flesje omdat het dopje niet goed sloot. Toen vroeg een kind waarom de geest geen zuiver-geweten-water aan de volwassenen had gegeven. Daarop zei het vermoedelijk elfjarige jongetje: ‘Misschien omdat de grote mensen hun geweten al te veel hebben gebruikt.’
 
En inderdaad, waarom zou een geweten anders zijn dan een vaatdoekje? Het is gewoon een geestelijk gebruiksvoorwerp. Als het nieuw is, is het schoon en gaaf. Maar het is er om te benutten, en gebruik laat sporen na. Het zou dus kunnen dat hoe intensiever een geweten dienst doet, hoe sterker het beschadigd raakt. Door beschadiging kan iets taai en sterk worden, als eelt. Of beurs en ontstoken als een zweer.
Er schijnt een tekening te bestaan van Bas Jan Ader waar niets op staat. Ik weet niet meer wie het vertelde, ik kan er niets over terugvinden. Het zou een papier zijn waarop hij telkens opnieuw een tekening had gemaakt, die hij vervolgens uit onvrede weer helemaal had uitgegumd. Hij ging door met tekenen en gummen tot het papier vliesdun was, en er niets ander op zat dan te stoppen of het papier stuk te gummen. Een werk dat sterk werd door het fragiel te maken. Deze tekening heb ik nooit gezien, ik weet niet eens zeker of hij bestaat. Maar ik bewaar hem, net als de uitspraak van het vermoedelijk elfjarige jongetje dat zo volwassen klonk omdat hij zo jong was.


(c) Lucy, 20-4-2011
Richtje Reinsma is beeldend kunstenaar en maakt ook deel uit van het kunstenaars-collectief Het Harde Potlood.
www.hethardepotlood.nl