Psychedelisch zijn de schilderijen van Hagenaar niet. Integendeel, ze zijn sober van kleur en de onderwerpen zijn heel concreet. Maar toch geven ze je een vreemd gevoel. Een hoop witte botten die oplicht in het donker, een losjes geschilderde vitrine met daarin een blote man en een witte zwaan, een doek in grijsgroene tinten van een mannetje dat uit een palmboom valt. In het begin weet je niet zo goed wat je er van moet denken. Bij nadere beschouwing gaan de werken intrigeren.
Dat is ook precies wat de kunstenaar beoogt. ‘Ik wil dat mijn werk langzaam onder je huid kruipt. Het moet schuren en ongemakkelijk voelen,’ zegt Hagenaar. Maar daarnaast laat hij ademruimte voor de beschouwer. Hij dringt zijn werkelijkheid niet op.
Dat is ook precies wat de kunstenaar beoogt. ‘Ik wil dat mijn werk langzaam onder je huid kruipt. Het moet schuren en ongemakkelijk voelen,’ zegt Hagenaar. Maar daarnaast laat hij ademruimte voor de beschouwer. Hij dringt zijn werkelijkheid niet op.
Beeldconstructies
Inspiratie voor zijn werk vindt Hagenaar veelal op internet en in films. Beeldelementen en motieven die hij daar tegenkomt verwerkt hij in zijn schilderijen. Daarbij speelt hij met de subjectiviteit van alle waarneming. Met bestaande elementen construeert Hagenaar een wereld die balanceert tussen fantasie en werkelijkheid. Soms maakt hij eerst een driedimensionale maquette, die hij vervolgens naschildert.
Vaak zijn een of twee eerdere werken uitgangspunt voor een nieuwe serie. Voor Galerie 10 was dat een doek met dinosaurus, zijn inzending voor de Koninklijke Prijs voor Vrije Schilderkunst. Vervolgens maakt Hagenaar stapels aquarellen die de basis worden voor zijn olieverfschilderijen.
Vaak zijn een of twee eerdere werken uitgangspunt voor een nieuwe serie. Voor Galerie 10 was dat een doek met dinosaurus, zijn inzending voor de Koninklijke Prijs voor Vrije Schilderkunst. Vervolgens maakt Hagenaar stapels aquarellen die de basis worden voor zijn olieverfschilderijen.
Vitirine
Niet alleen haalt Hagenaar zijn onderwerpen uit hun normale context door ze solitair op het doek te zetten, zonder hun gewone omgeving en in het middelpunt geplaatst. Ook schildert hij ze meestal in een vitrine, die soms louter zichtbaar is door een lijntje of een lichtreflectie. Zo toont hij voorwerpen, personen of een landschap als een gestold beeld uit het verleden achter glas, in de matte kleuren van oude foto’s en voorbije tijden.
Hunting Dinosaurs (2011) bijvoorbeeld, waarop een rode vitrinekast te zien is, geschilderd tegen een bruine achtergrond. Binnen het glas is een minilandschap te zien met een paar palmboompjes en twee dinosaurussen. Een minuscuul mannetje richt zijn geweer op een van de beesten. Allemaal realistische beeldelementen, maar het klopt niet met elkaar. Het totaal levert geen overtuigende illusie op van fantasie of werkelijkheid, maar blijft nadrukkelijk een geschilderd beeld.
Hunting Dinosaurs (2011) bijvoorbeeld, waarop een rode vitrinekast te zien is, geschilderd tegen een bruine achtergrond. Binnen het glas is een minilandschap te zien met een paar palmboompjes en twee dinosaurussen. Een minuscuul mannetje richt zijn geweer op een van de beesten. Allemaal realistische beeldelementen, maar het klopt niet met elkaar. Het totaal levert geen overtuigende illusie op van fantasie of werkelijkheid, maar blijft nadrukkelijk een geschilderd beeld.
Impressionistisch
Ook met zijn suggestieve schildertechniek zaait Hagenaar verwarring. Hoewel de doeken zijn geschilderd in matte kleuren lijken ze te stralen, alsof er een lichtbron achter staat. Dit heeft te maken met zijn werkwijze. De ondergrond prepareert hij met wit krijt, dat zuigt en de kleuren laat stralen. Vervolgens bouwt Hagenaar zijn olieverfschilderijen in losse streken op alsof het aquarellen zijn, van licht naar donker. Waar wit te zien is, is dat de ondergrond. Een impressionistische manier van werken die de realistische motieven nog meer subjectiviteit geeft. Tegelijkertijd wordt de lichtheid door de gedempte grijzen, blauwen en groenen ontdaan van zonnige onschuld.
Het is zoals Robbert Roos in zijn inleiding bij de tentoonstelling schrijft: 'De ongrijpbaarheid in het schilderwerk van Jasper Hagenaar is precies zijn kracht. De schilderijen gaan over schilderen. Het toont wat je met verf en verbeelding kunt oproepen aan werelden, zonder concessies te doen aan de wetten van de werkelijkheid.'
(c) Lucy, 9-11-2011. Tekst: Celesta Lente
Het is zoals Robbert Roos in zijn inleiding bij de tentoonstelling schrijft: 'De ongrijpbaarheid in het schilderwerk van Jasper Hagenaar is precies zijn kracht. De schilderijen gaan over schilderen. Het toont wat je met verf en verbeelding kunt oproepen aan werelden, zonder concessies te doen aan de wetten van de werkelijkheid.'
(c) Lucy, 9-11-2011. Tekst: Celesta Lente